Heb Durf is mede op last van de KNLTB niet toegankelijk. We kennen dat alleen wanneer er sprake is van sneeuw of opdooi. Nu liggen de banen er prachtig leeg bij. En dat zal voorlopig zo blijven. De Corona blues, zullen we maar zeggen. ‘You can’t win them all’.
Een grote groep Heb Durfers is de afgelopen maanden bezig geweest om ons clubhuis een ander aanzien te geven. De muren hebben nieuwe kleuren gekregen ( zag ik ‘Wimbledon Groen’??) en de keuken en de bar zijn vernieuwd en deels verplaatst. Straks kan daar uitsluitend gepind worden en kunnen we heerlijke koffie uit een prachtige koffiemachine ‘pinnen’. Kortom, ons nieuwe bestuur zorgt voor een frisse wind!
Mike Boonstra zag ik druk bezig om het nieuwe wandje voor de trap te behangen met een opgeblazen foto van 4 tennissers die gelijktijdig over een tennisnet springen. Knappe foto!
Wie zijn die spelers? Van links naar recht zie je: Rod Laver(1938), Ken Rosewall(1934), Tony Roche(1945) en ons aller Tom Okker(1944). Het is een foto uit 1969, in Engeland genomen. 3 Ausies en 1 Nederlander. In die tijd was Australie toonaangevend op tennisgebied. De serve-volley beheersten zij tot in de perfectie.
Een oudere Rod Laver zie je tegenwoordig bij alle grandslamtoernooien op de eretribune zitten en op het Australian Open krijgen we wedstrijden te zien uit de Rod Laver Arena. Rod wordt door de kenners als een van de groten beschouwd.
Ooit zag ik hem spelen op ‘t Melkhuisje in Hilversum. Een niet al te grote man (1m 73cm) die topspin backhands, volley’s, smashes en topspinlobs met elkaar afwisselde alsof het geen enkele moeite kostte. Waarlijk een lust voor het oog.
Laver won als enige tweemaal het grandslam en had dat zeker vaker gedaan als hij geen prof tennisser was geworden in 1963. Prof tennissers werden toen tussen 1962 tot 1969 uitgesloten van alle amateur toernooien. ‘You can’t win them all’.
De tweede op de foto is Ken Rosewall. Deze wist 3 van de 4 ‘slams’ vaker te winnen maar Wimbledon ontglipte hem steeds. Hij was de oudste van het viertal en kwam opeens uit het niets in 1974 en bereikte toch weer de finale op Wimbledon. Op het heilige gras winnen, dat was zijn ultieme droom. Rosewall was een elegante speler met vooral heel sterk positiespel. Hij was geen serve-volley speler zoals Laver. Hij kwam nu op 39 jarige leeftijd tegen de veel jongere Jimmy Connors te staan. Deze liet met zijn powertennis weinig van Ken heel en won met 6-1,6-1, 6-4…. Het Engelse publiek was zelden zo teleurgesteld. Het is al eerder gezegd:’You can’t win them all’.
Naast Rosewall springt Tony Roche over het net. Hij was vooral een dubbelspeler en wist met John Newcombe jarenlang alles te winnen wat er te winnen viel. Hij was een aantal jaren coach van Roger Federer en daarvoor Ivan Lendl. Lendl had Roche aangetrokken om toch ooit nog eens Wimbledon te winnen. Met Roche als ex-grasspeler-coach moest dat toch lukken. Jammer voor Ivan, Wimbledon winnen is hem nooit gelukt. Jaja: ‘You can’t win them all’.
En tenslotte de vierde man: onze eigen Tom Okker. Tom kwam uit het district Haarlem waar ik toen speelde. Een technisch zeer begaafde speler die in de Engelstalige pers vanwege zijn snelheid ‘The Flying Dutchman’ werd genoemd. Hij stond jaren lang in de top 10 van de wereldranglijst maar een slam wist hij nimmer te winnen. Toen we hem al bijna vergeten waren bereikte hij toch nog in 1978 de halve finale van Wimbledon waar hij Bjorn Borg goed partij gaf. Het werd 6-4,6-4,6-4 voor Borg. En, je weet het nog wel: ‘You can’t win them all’.
Ik hoop dat we over enige tijd misschien ‘op veilige afstand’ kunnen enkelen…. ‘You can’t win them all’.
Chris ter Brake (1945)